We schijnen veel meer korte vakanties en stedentrips te
maken dan ooit. Wat dat betreft bof ik natuurlijk ook enorm om in Europa te
wonen, met genoeg geld en vrije tijd en zoveel andere culturen onder
handbereik. Mijn korte vakantie was afgelopen weekend een reisje naar Engeland,
je zou het werk kunnen noemen: naar een weekend Teller Tales & Tradition
door Shonaleigh Cumbers, verhalen opzuigen in Emerson College, 60 km onder
Londen.
Londen, vroeger was het een stad hier heel ver vandaan, nu
vlieg je er zó heen. Maar ja, vliegen is niet echt klimaatvriendelijk begrijp
ik, zeker niet als je na het opstijgen meteen alweer begint met dalen. Dat is
ook meteen het verleidelijke, dat je er zo snel bent. De prijs is de andere
grote plus. Vanaf 28 euro vlieg je erheen, zeggen ze bij Cheaptickets.
Qua klimaatdaad van de dag besloot ik het toch anders aan te
pakken. “It’s not the destination that makes traveling interesting, it’s the journey” Het liefste reis ik per trein, dus daar kies ik voor. Ik woon met
uitzicht op Amsterdam Centraal en de magie om op een paar honderd meter van je
huis zomaar op een internationale trein te kunnen stappen heeft me al vaker de
trein doen nemen. Ik heb al eens de nachttrein naar Praag genomen, ik reisde
per trein naar Lille, Brussel, Antwerpen. Met TGV naar Parijs en Avignon, een
keer naar de sneeuw, onlangs nog naar Berlijn. Om één of andere reden stond Londen nog niet op mijn lijstje. Het leek me duur, ver, lang en teveel overstappen. Maar
uitgezocht had ik dat nooit.
Mijn weekend Emerson was een goede aanleiding. Vorig jaar
was ik er voor het eerst, voor een week, en toen was ik gaan vliegen, ik wist dus een beetje hoe en wat. Toen viel het wachten op de
luchthavens me tegen, en het wachten op de bus in ‘Three Bridges’. Ik krijg
vaak aanbiedingen van NS internationaal in mijn mailbox, maar helaas niet naar
Londen. Een treinreis Londen-Amsterdam op zondagmiddag bleek nogal populair/duur: 83 euro. Om dat te compenseren besloot ik vrijdag vroeg op pad te
gaan, om zeven uur vanuit Amsterdam. Dan lijkt de reis ook korter. Het scheelt flink: 59 euro Brussel-Londen. Ik heb ook nog even naar busreizen gekeken, maar dan ben je al snel 13 uur of langer onderweg
naar Londen, waar je nog een hele tocht voor de boeg hebt om in Emerson aan te
komen. Bovendien ben ik niet dol op de bus.
De reis plannen was een reis op zich: gewapend met
timetables, kaartjes en plattegronden
van diverse trein- en busmaatschappijen ging ik op pad. Ik durfde de
overstaptijden niet te krap te plannen, als alles volgens plan ging zou ik er
in tien uur kunnen komen, van veerpont tot voordeur. Van half zeven tot half
vier. Van de reis zou ik gaan genieten, was mijn plan. Dat viel op de heenweg
nog niet mee. Ik was bang aansluitingen te missen, ik zat steeds weer op
kaartjes en timetables te kijken, sleepte mijn tas op wieltjes en rugzak
zwetend achter me aan van perron naar perron, Brussel Zuid bleek niet veel
spannender dan een luchthaven. De underground een doolhof. De douanecontrole
hoort je natuurlijk het ultieme buitenlandgevoel te geven, maar ik vind het
hinderlijk. Ik stap liever binnen Europa over via een apart controlevrij Europapoortje,
nu moest mijn bagage alsnog door een scanapparaat en ikzelf ook., de politie
bekeek mijn paspoort, de douane en dus stond ik net als op een vliegveld drie
keer in de rij.
Mijn buitenlandgevoel kreeg ik wel door uit het treinraam te
kijken, naar Belgische bakstenen dorpjes, ik probeerde een glimp op te vangen
van ‘De vergeten straat’ van Louis Paul Boon in Brussel, ik genoot van de zacht glooiende Franse korenvelden en
natuurlijk de white cliffs van Dover (moet je wel héél goed kijken). Ik genoot
ook van de graffiti op de spoorbruggen, die er weliswaar overal ongeveer
hetzelfde uitziet, maar heel erg bevestigt dat je in een trein zit. Het echte
vrije gevoel van de reiziger kreeg ik pas op St Pancras Station. Ik was meteen helemaal
middenin London, ookal bleef ik binnen en onder de grond. Een prachtig oud
gebouw, Britse meisjes in snoepjeskleurige zomerjurken, de echte Londonse
Underground – Kings Cross, inclusief de bizar lange roltrappen en ‘Mind the
Gap’. Engelse eetwinkeltjes met Cornwall Pies, en op Victoria station voelde ik
me helemaal wereldburger toen ik met mijn vooraf betaalde afhaalbewijs uit een
automaat twee treinkaartjes trok naar ‘East Grinstead.’ Een beetje Harry Potter
op weg naar kostschool, zeker toen de dubbeldekkerbus me op stond te wachten en
de chauffeur speciaal voor mij stopte tussen twee haltes in. “It’s up that way.” Het mooiste stuk van de reis was de wandeling naar boven.
Om nóg meer een feest van de reis te maken besloot ik op de
terugweg mijn hoofd vaker buiten de deur van de stations te steken en ik
voorzag mezelf van een echt Engelse tea voor in de trein. In Brussel Zuid zat ik op het plein voor het station op een terrasje bij vallende avond, ik dronk roze bier en at
vlaamse friet, bewaakt door anti-terreur militairen en onder het borstbeeld van
de oprichter van de EU.
Thuisgekomen toch maar eens opgezocht wat het me gekost had
als ik wel naar Gatwick was gevlogen. Incl. reserveringskosten & ruimbagage
(want kampeerspullen) bij Cheapticket is dat 221 euro retour, want die 28 euro
is natuurlijk alleen maar op een dinsdagavond in november met handbagage. De trein Amsterdam-Londen retour was 228,-. Niet eens zoveel duurder als ik dacht. Aan
CO2 compensatie doen ze niet bij Cheaptickets, dus dat zocht ik op via
Greenseats: een retour Amsterdam-Londen
koop je af voor 2,60 euro voor 0,26 ton CO2. De afstand is 358 km hemelsbreed.
Je kunt trouwens ook treinreizen afkopen via Greenseats. Omdat de trein omrijdt
via Calais is de afstand heel wat langer: 624 km. Een retour per trein zal ongeveer
0,05 ton uitstoten en dat kan ik compenseren voor slechts 0,42 cent. Jeetje! In geld uitgedrukt is dat niets. 0,26 ton CO2 valt me
ook reuze mee, alhoewel het wel 5x zoveel is als de treinreis, die ook nog eens
twee keer zo lang is. Blijft over het Harry Potter gevoel. Het genieten.
Wat me op dat gebied nog dwars zat
van deze reis was de overstap in Londen: ver ondergronds lopen, en omdat ik
geen lokale OV-chipkaart (Oystercard) heb is het bizar duur, bijna 5 pond voor
vijf haltes. Dat moet anders en beter kunnen, leek me. Vanochtend in Amsterdam kwam ik erachter dat het inderdaad anders kan. Ik kan ook direct vanaf st. Pancras vertrekken en overstappen op een klein en overzichtelijk station aan de rand van Londen met diezelfde dagkaart. van 5 euro
Het beste is natuurlijk thuisblijven, maar in mei is er weer
zo’n weekend. Wie weet heb ik dan genoeg omgezet om weer een zakenreisje naar
Engeland te kunnen maken. Anders is dit hele onderzoek ook een beetje voor niets
geweest en dat zou jammer zijn. In vergelijking met 1x vliegen, kan ik nog 4x
met de trein. Ooit worden alle treinen CO2 neutraal, tot die tijd plant ik zelf
wel wat bomen in Frankrijk. Of wie weet, ga ik ooit het laatste stuk op de fiets, zo ver is 60 km nou ook weer niet.
Life is a journey, klimaatdaadvandedag ook. Het gaat niet om
het aankomen in het even, want het eindstation van het leven is bekend en die
schuif ik graag wat voor me uit. Het gaat om de reis, met uitzicht op een
veranderende wereld. En ik doe dat het liefste per trein.
Leuk! Geen veerboot overwogen?
BeantwoordenVerwijderenNee, ook alweer: dat lijkt me alleen maar meer gedoe. Dus niet eens uitgezocht. Maar sinds ik gewezen ben op blablacar, is het ineens weer wel een optie
Verwijderen